In de lente van ’87 richt Franklin Engeln (°1956) een brief aan Philippe Vandenberg (1952-2009), die onder meer handelt over de ruil van een kunstwerk tussen beide kunstenaars.
Philippe Vandenberg genoot een opleiding aan de afdeling Schilderkunst van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent, waar hij afstudeerde in 1976. In 1987 beschikte hij over een atelier in de Hofstraat te Gent. Franklin Engeln studeerde aan het voormalige Hoger Instituut voor Kunstgeschiedenis en Oudheidkunde te Gent. Daarnaast tekende en schilderde hij – een creatieve activiteit die hij vanuit een artistieke vooropleiding voortzette. Tijdens zijn studententijd woonde Engeln in een pand naast de Richard Foncke galerij in de Sint-Jansvest. Nadat vriendschap en wederzijds vertrouwen ontstond tussen de twee buren, werd hij opgenomen in ‘de stal van Foncke’ waar ook Vandenberg deel van uitmaakte. In de galerij van Richard Foncke kwam het tot een ontmoeting tussen beide jonge kunstenaars. In 1987 woonde Engeln in Antwerpen.
Philippe Vandenberg en Franklin Engeln stelden meermaals samen tentoon, zo ook in 1987, toen een tentoonstelling plaatsvond in het I.C.C. te Antwerpen om het 20-jarige bestaan van de Richard Foncke Gallery te vieren (20 november-20 december 1987). Foncke was een invloedrijke figuur in het landschap van de Belgische hedendaagse kunst. Hij zette zijn eerste stappen als kunsthandelaar in de herfst van ’66 aan de zijde van boekhandelaar Charles Bernabé, met wie hij de Galerij Contrast aan de Lange Kruisstraat uitbaatte. In 1967 kwam het tot een breuk tussen beide heren en begon Foncke met zijn eigen galerie aan Sint-Jansvest.
Philippe Vandenberg en Franklin Engeln hadden waardering voor elkaars werk. In 1985 had Engeln een solo in de Antwerpse Galerie Cintrik waar Vandenberg een tekening aankocht. Door de aankoop van de tekening wou Vandenberg de artistieke ontwikkeling van zijn vriend ondersteunen. Het gaat om een portret van Jo Braeken, de partner van Engeln, in profiel, gevormd door ruw getrokken lijnen in houtskool op een witte achtergrond. De koop leidde tot een dispuut tussen de kunstenaars en Richard Foncke, die er niet mee gediend was dat twee van ‘zijn’ kunstenaars betrokken waren bij een transactie in een andere kunstzaak. Hij meende recht te hebben op een ‘tussenkomst’, een bedrag dat hij later afhield van de verkoop in eigen galerie.
Engeln en Vandenberg spraken vaak samen over de artistieke dimensies van hun werk. Engeln had daarbij ooit kenbaar gemaakt persoonlijk van een klein schilderij van Vandenberg aan zijn muur te willen genieten, waarop Vandenberg een ruil voorstelde.
Tot een ruil kwam het uiteindelijk niet. Maar in 1988 schonk Vandenberg zijn vriend een tekening, gemaakt tijdens een motortocht in de woestijn van Santa Fe. In het midden en op de achtergrond van de tekening zijn de contouren van de Sangre de Cristo Mountains te onderscheiden.
Het laatste deel van de brief betreft een intieme aangelegenheid. Uit tal van impliciete verwijzingen blijkt dat de ‘leertoestanden’ en ‘leer-tent’ waarover Engeln het heeft te maken hebben met Vandenbergs fascinatie voor seksualiteit tussen mannen, met name SM. Hij nam Engeln in vertrouwen om deze belangstelling te delen.
Met speciale dank aan Franklin Engelen, Johannes Muselaers (Philippe Vandenberg Foundation) en Universiteitsbibliotheek Gent.